Op 11 juni 2024 organiseerde Takeda een panelgesprek over ADHD in Perscentrum Nieuwspoort in Den Haag. Deskundigen op het gebied van geestelijke gezondheid en mensen met ervaring met ADHD spraken over het onderwerp samen met het publiek in de zaal.
In de zaal hangen veel gekleurde A4'tjes met een letter erop. Elke letter is uniek, net zoals ieder mens met of zonder ADHD. Dit geeft meteen de sfeer aan voor vanmiddag. Mink, leraar en vrijwilliger bij Stichting MIND, begint met zijn inleiding. Mink heeft zelf ADHD en vindt het belangrijk dat we begrijpen dat iedereen anders is. Dat geldt ook voor mensen met ADHD. Met zijn ervaring constateert hij dat het onderwijs vaak hetzelfde van iedereen wordt verwacht en (te) veel nadruk wordt gelegd op goede cijfers. Juist in zo’n omgeving voelen kinderen met ADHD zich vaak niet op hun gemak, want zij hebben juist ruimte, begrip en persoonlijke hulp nodig om te leren. Als ze die niet krijgen – mede door personeelstekort - komen ze vaak door hun gedrag op een opleiding onder hun niveau terecht.
Ook Kurt heeft (ervaring met) ADHD en werkt als vrijwilliger bij Stichting MIND. Deze stichting wil de psychische gezondheid in Nederland verbeteren en mensen met psychische klachten helpen. Kurt geeft een inkijkje in zijn leven en vertelt een aangrijpend verhaal over zijn leven met ADHD. Door zijn drukke en impulsieve gedrag belandde hij op een dag in een politie- en isoleercel. Op de middelbare school wist hij nog niet dat hij ADHD had. Daarom vindt hij het zeer belangrijk dat scholieren met ADHD gehoord en gezien worden. Hij is ervan overtuigd dat kinderen zich beter ontwikkelen als ze genoeg aandacht krijgen. Ouders kunnen hierbij een belangrijke rol spelen door een begripvolle mentor te zijn.
Dan is het tijd voor de pannel discussie. Naast Mink en Kurt van stichting Mind nemen ook Psychiater Hilgo en twee Takeda-medewerkers, Loes en Sander plaats. Alle vijf panel leden hebben (ervaring met) ADHD.
De meeste panelleden zien ADHD als iets dat zowel zorg als kracht met zich meebrengt. Zorg vanwege de impulsiviteit en hyperactiviteit die erbij horen. Maar ook kracht door de creativiteit, snelheid, humor en spontaniteit van mensen met ADHD. De panelleden vinden dat er op school en in de samenleving meer ruimte moet zijn voor deze positieve eigenschappen.
Meer (h)erkenning voor voor ADHD dus. Op school ligt de nadruk nu op intelligentie en prestaties, niet op de unieke eigenschappen van ieder kind. Zo wordt een monocultuur, een eenheidsworst gecreëerd, waarschuwt het panel bezorgd.
Mink benadrukt dat mensen met ADHD ruimte moeten hebben om zichzelf te kunnen zijn. Wees preventief, het is belangrijk om problemen te voorkomen door vooraf aandacht te geven aan diversiteit. In vakken zoals maatschappijleer, filosofie of ethiek kan aan (neuro)diversiteit op school aandacht worden besteed. Ook een weerbaarheidstraining voor leerlingen kan volgens hem nuttig zijn.
Hilgo verteld bezorgd te zijn over het gemak waarmee tegenwoordig de diagnose ADHD wordt gesteld. Vaak wordt uitgegaan van de norm, het ideaalbeeld, waardoor geen of onvoldoende ruimte is voor ander gedrag, het anders-zijn. Volgens Hilgo moet de omgeving echter beseffen dat elk kind mag zijn zoals het is. Daarbij is ontwikkeling een recht waarvoor wij allemaal verantwoordelijk zijn, zo betoogt hij. Inclusief passende hulp. Als ideaal schetst de psychiater het beeld van een tuin, die leerlingen met elkaar verzorgen. Alleen in een omgeving waarin men oog en begrip heeft voor diversiteit en écht met elkaar wordt samengewerkt, groeit en bloeit de tuin. In andere woorden: een omgeving waarin leerlingen zich optimaal kunnen ontwikkelen!
Een oproep aan mensen in de gezondheidszorg, het politieke landschap en andere mensen in het veld van ADHD is om mentale gezondheid in een overkoepelend doel samen op te nemen in beleid, praktijk en het dagelijks werk: wat ons allen verbindt en richting geeft voor en met mensen die leven met ADHD.
C-ANPROM/NL/NS/0008 – created June 2024